Voortgezet Onderwijs, ook bekend als VO, is het voortgezette onderwijs in Nederland voor leerlingen van ongeveer 12 tot 18 jaar. Het is verdeeld in drie niveaus: vmbo (voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs), havo (hoger algemeen voortgezet onderwijs) en vwo (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs).
Het voortgezet onderwijs in Nederland is verdeeld in onderbouw en bovenbouw. De onderbouw duurt meestal drie jaar en is bedoeld om leerlingen een brede basis te geven in verschillende vakken. In de bovenbouw kunnen leerlingen zich specialiseren in bepaalde vakken en zich voorbereiden op het eindexamen.
De meeste leerlingen beginnen in het vmbo, waar ze een mix van theoretische en praktische vakken krijgen. Na het vmbo kunnen leerlingen doorstromen naar het havo of vwo, afhankelijk van hun prestaties en interesses. Het havo duurt vijf jaar en bereidt leerlingen voor op het hbo (hoger beroepsonderwijs), terwijl het vwo zes jaar duurt en leerlingen voorbereidt op de universiteit.
Het voortgezet onderwijs in Nederland is verplicht voor alle leerlingen vanaf 12 jaar. Scholen voor voortgezet onderwijs zijn zowel openbaar als bijzonder, met verschillende onderwijsmethodes en -visies. Sommige scholen leggen de nadruk op creativiteit en kunst, terwijl andere zich meer richten op exacte vakken en wetenschap.
Al met al biedt het voortgezet onderwijs in Nederland een brede basis voor leerlingen om zich te ontwikkelen en voor te bereiden op hun verdere studie en carrière. Met een mix van theoretische en praktische vakken, en de mogelijkheid om zich te specialiseren in bepaalde vakgebieden, krijgen leerlingen de kans om hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen.